Wandelende Takken
Deze interessante insecten zijn wereldwijd overal te vinden. De bekendste soort is de Indische tak (Carausius morosus ). Bij Avonturia de Vogelkelder zijn nog een aantal andere soorten te bewonderen. Ze zijn er in alle maten en kleuren sommige hebben zelfs vleugels. steed weer komen er soorten bij waarmee men probeert te kweken. Er zijn inmiddels maar liefst 2500 verschillende soorten beschreven. De wandelende tak is een van het minst opvallende dier in de natuur vanwege de camouflage
Huisvesting
Wandelende takken kunnen in het algemeen makkelijk worden gehouden als huisdier, het is geen lastig reptiel om te houden.
De wandelende takken kunnen met meerdere in een betrekkelijk kleine ruimte worden gehouden zonder dat de voortplanting nadelig wordt beïnvloed. In vrijwel elk aquarium, grote pot of ruimte met een glaswand kan je wandelende takken houden. Het verblijf kan met een goed sluitend raamwerk, met fijn gaas of nylon afgedekt worden. Kamertemperatuur is voor de meeste wandelende takken een hele geschikte temperatuur. Omdat de dieren niet van fel licht houden is het belangrijk deze niet in een zonnig vensterbank te plaatsen. Let erop dat de ontlasting regelmatig verwijderd word op die manier voorkom je dat het een vieze bende wordt.
Eurycantha Calcarata
Deze zeer grote wandelende takken soort uit Papua Nieuw-Guinea kan wel 15 cm groot worden. Ze worden in Nederland ook wel de Zwarte Grondtak genoemd. Ze kunnen er zeer agressief en imposant uitzien met hun “doornen “aan de binnenkant van hun dijbeen. Het zijn in het algemeen grondbewoners en zijn gek op braambladere, eikenbladere en klimop als voeding. De vrouw en man zijn goed te onderscheiden van elkaar. De vrouw wordt namelijk groter dan de man. En het vrouwtje heeft over het algemeen een lichtere kleur dan de man. Het vrouwtje legt de eitjes in de grond met haar ”legboor”. Hiermee kan ze een gat in de grond maken waar ze dan de eitjes in kan leggen. De eitjes komen dan na 4 tot 6 maanden oud en na 4 tot 6 maanden na het uitkomen van de eitjes zijn de wandelende takken dan ook volwassen. Dee wandelende takken soort leven vaak dicht op elkaar in groepen.
Extatosoma Tiaratum
Ook wel de Australische Flappentak of Australische doorntak genoemd is een leuke tak om te houden. De wandelende tak lijkt eigenlijk meer op een cactus dan op een tak. Het verschil tussen mannetje en vrouwtjes is goed te zien doordat de vrouwtjes een aantal stekeltjes naast elkaar heeft op haar hoofd (het lijkt net een kroontje), mannetjes hebben dit niet. Ook zijn de vrouwtjes dik en kunnen ze wel 15 cm groot worden. Ze zijn voorzien van korte voelsprieten en kleine vleugeltjes maar kunnen niet vliegen. De mannetjes takken zijn juist het tegenovergestelde: smal met lange voelsprieten, weinig stekels en ze worden ongeveer 10 cm groot. Als de mannetjes volgroeit zijn hebben ze lange vleugels en kunnen ze in tegenstelling tot de vrouwtjes wel echt vliegen. De voeding bestaat uit onder andere eucalyptus, braam, meidoorn, roos, beuk, berk, els, eik, acacia, lijsterbes, sla, appel en braam. Klimop is geen aanrader dit eten ze niet. Met deze tak is goed te kweken alleen het duurt 6 tot 9 maanden voordat deze eitjes uitkomen. Als je deze wandelende takken wil gaan houden het je zeker wel een terrarium van 45×30 cm hebben, als de wandelende takken gaan vervellen gaan ze uitgebreid aan een tak hangen en dan hebben ze de ruimte echt wel nodig.
Voeding
Wandelende takken zijn planteneters. De voeding bestaat meestal uit bladeren van liguster, klimop, rozen, braam of eiken. Bij voorkeur wordt graag een “bouquet” van verschillende bladsoorten gegeven zodat de wandelende takken wat afwisseling hebben qua voeding.
De voedselplanten kunnen in een fles met water gezet worden om ze langer vers te houden. De opening van de pot kan je dan afsluiten met watten, zodat er geen insecten verdrinken. Vervang de voederplanten als ze verwelkt zijn. Het is belangrijk om om de dag licht te sproeien.
Oreophoetes Peruana
Deze mooi gekleurde wandelende takken komen oorspronkelijk uit Zuid- Amerika, landen zoals Peru & Ecuador. Deze wandelende takken worden ook wel de Rode Varentak genoemd. Omdat ze voornamelijk rode en gele varens eten. Deze wandelende takken soort in een populair soort maar wel voor de echte liefhebber. Varen is zijn enige voorkeur maar let op, de varens moeten onbespoten zijn! Het niet altijd even makkelijk onbespoten varens te bemachtigen, dus dat maakt dit wel een moeilijkere soort wandelende takken om te houden. Het verschil tussen man en vrouw is wel heel erg duidelijk te onderscheiden. De vrouwtjes zijn geel met zwart van kleur en de mannetjes rood. Houd de bak redelijk vochtig, dit om goede leefomstandigheden te creëren voor de wandelende takken. De wandelende takken zijn met een leeftijd van 5 maanden volwassen. De eitjes die het vrouwtje legt komen na 3 tot 4 maanden uit.
Phenacephorus Cornucervi
Bij deze decoratieve takken lijkt het net of er stukjes mos of plantjes op de wandelende takken groeien. Overigens lijkt dit is alleen bij de vrouwtjes zo want de mannetjes zijn glad. Na de eerste vervelling valt het onderscheid tussen man en vrouw te zien. De Phenacephorus Cornucervi komen oorspronkelijk uit Sabah en eten onder andere braam, framboos, klimop , roos, eik en hazelnoot.
De mannetjes van dit leuke soort zijn aan de dun en hebben een prachtige, glanzende bruine kleur. Ze hebben een beetje een kromme rug en lange voelsprieten en ze worden ongeveer tussen de 6 en 7 cm groot. De vrouwtjes van dit soort bestaan in verschillende kleurvarianten zoals zwart, bruin en beige. De vrouwtjes hebben een zijtakje op hun achterlijf en zijn voorzien van veel flapjes. Sommige vrouwtjes lijken zoals al eerder omschreven een beetje groene mosjes op hun kop te hebben. Vrouwtjes van deze soort worden ongeveer rond de 8 cm groot. Het duurt ongeveer 2 tot 3 maanden voordat de eieren uitkomen. Aangeraden wordt ook om de eitjes een beetje vochtig te houden, dit kun je realiseren door ze om de 2 a 3 dagen te sproeien. Het duurt ongeveer 5 tot 7 maanden voordat dit soort volwassen is.
Dit soort groeit snel en legt als ze volwassen zijn kunnen ze redelijk veel eitjes in 1 keer leggen, die vaak ook allemaal uitkomen. Dit soort vertoont een speciale gedraging wat ze nog specialer maakt, ze kunnen hun voorpoten zo strekken dat het hoofdje perfect tussen hun poten past, hierdoor lijken ze nog meer op een takje. Hierdoor zijn ze perfect gecamoufleerd in de natuurlijke omgeving van de wandelende takken.
Aplopus
Er zijn diverse soorten van deze wandelende tak. De Rose Vleugeltak is hier bijvoorbeeld een van. Bij een val of het verliezen van evenwicht weet deze tak zich te corrigeren door middel van zijn handige vleugels.
Typisch voor deze soort is de aparte geur die van de vleugels af komt. Oorspronkelijk komt dit soort wandelende takken uit de Dominicaanse Republiek en eet hij voornamelijk roos, braam en eik.